Jeepney |
Een kennis uit Nederland noemde Manilla van de week ‘een vieze stinkstad’. Eigenlijk zou ik nu het liefst pagina’s vol schrijven en je ervan overtuigen dat hij absoluut ongelijk heeft. Dat ik geen idee heb hoe hij er bij komt! Maar hoe graag ik het ook wil ontkennen, dat gaat niet. Hij heeft gelijk. Manilla is een vieze stinkstad. Zelfs een van de vieste steden die ik ken.
In eerste instantie zou je zeggen van wel. Zeker gezien de afstand tussen mijn huis en het werk hemelsbreed maar een paar kilometer is. Relaxed! Toch? Niet echt dus. Het verkeer van Manilla is heftig, heel heftig. En daarmee dealen – zonder jezelf het ziekenhuis in te werken – is een kunst op zich. Een overzicht van mijn woon-werk verkeer mogelijkheden:
1) eigen auto – als ik die zou hebben…
2) met de fiets – durf ik niet. Bepaalde delen van de route zijn gewoon te gevaarlijk tijdens de spits, en achter een vieze vrachtwagen de heuvel op fietsen om vervolgens met een zere keel, zwarte neus en doorweekt shirt op het werk aan te komen is niet ideaal.
In de jeepney |
3) de jeepney – naast vrachtwagens een van de grootste vervuilers op de weg. Het is een kruising tussen een jeep en een open busje, ze rijden vaste routes, er passen zo’n 20 personen in en je kunt overal langs de route in- en uitstappen. Er rijdt zo’n jeepney van mijn huis langs mijn werk, en voor 10 Pesos (18 cent) ben ik op het werk. Nadeel is dat hij overal stopt en vaak wacht tot er nieuwe passagiers zijn. Al met al ben ik voor een paar km zo’n 3 kwartier onderweg met dat ding. Als het file is (en dat is eigenlijk altijd tijdens de spits) dan zit je echt midden in de uitlaatgassen, zo’n jeepney is namelijk van alle kanten open, en produceert zelf behoorlijk wat luchtvervuiling.
4) de taxi – niet echt openbaar vervoer, maar toch een beetje. Taxi’s zijn relatief prettig – want de meeste gebruiken een meter, en je hoeft niet voor elk ritje over de prijs te onderhandelen. Ook hebben ze airco, zit je uitlaatgas-vrij en lekker koel in de file. Met de taxi ben ik voor 1,25 EUR in 20 minuten op het werk. Duurder, maar ook luxer en een investering in de gezondheid: geen vervuiling, anti-stress etc. Taxi’s hebben ook nadelen. Met de taxi gaan kan je ook vergelijken met Russische roulette. Je weet nooit wat voor chauffeur je treft. De meeste chauffeurs hebben een 24 uur op – 24 uur af schema. Dat wil zeggen dat ze 24 uur taxi rijden en dan 24 uur vrij hebben. Ze beginnen rond een uur of 2 ’s ochtends en gaan dan door tot 2 uur de volgende dag. Als je ’s avonds laat een taxi neemt, dan weet je dat de chauffeur al niet zo helder meer is. Ik heb al vaak mijn hart vast gehouden tijdens ritten die leken op spannende achtervolgingsscènes uit de film, of op autocoureur computerspelletjes. Tot nu toe altijd een happy ending zonder dat er extra levens nodig waren…
Sardientjes in de metro |
5) de metro – eigenlijk het beste openbaar vervoer. Luxe airconditioned wagons die minimaal elke 10 minuten rijden. Nadeel is dat hij niet naar mijn werk gaat, en het tijdens de spits doet denken aan sardientjes in blik. Als je de spits ontwijkt, dan is het perfect, bijvoorbeeld om naar het business district van de stad te gaan. Heerlijk om de files op de ringweg voorbij te zoeven en over de stad uit te kijken. En ongelofelijk maar waar: mannen staan op voor vrouwen, kinderen en ouderen.
Van het bovenstaande lijstje is de taxi het meest ideaal, maar zeker niet perfect. En ik neem ook vaak genoeg de jeepney. In beide gevallen mis ik de frisse Nederlandse ochtendfietstocht door het binnenveld naar het station en het wakker worden in de schone trein met koffie en krant. Nooit gedacht dat ik nog eens naar de NS zou verlangen…